Up. Down. En…up.
Ik zat in zo’n grote up (denk aan een gekleurde luchtballon in een zonovergoten landschap met schitterende rivieren en oeroude bomen) dat mijn eigen stapelbed en twee vechtende huisgenoten me weinig konden schelen. Mijn geest functioneerde op basis van dopamine en mijn lichaam luisterde naar mijn skileraren en mijzelf. De bergen deden zich groot, mysterieus en waanzinnig voor (want ze zijn groot, mysterieus en waanzinnig!) en ik was een avonturier in mijn eigen bijzondere wereld. Er zat dus een dalletje aan te komen. Dat het een dalletje was dat ik verschrikkelijk goed kende had ik echter niet verwacht. De MCL van mijn rechterknie (precies die van vorig jaar) ligt weer in de kreukels. Niet omdat ‘ie nog zwak was, maar omdat ik wederom verkeerd gevallen ben. Grote pech voor de MCL. Weer strompel ik door het leven met een pijnlijke en stijve knie en een belangrijk examen in de nabije toekomst. Het voelt alsof de Goden grenzeloos van mijn lot van het afgelopen jaar hebben genoten en de soap nog een keer wilden afdraaien. Maar …