Het liftstation van Grands Montets is in vlammen opgegaan. Poef. We zagen de rookwolken in de helderblauwe lucht en hoorden de sirenes de hele middag lang. Het leek alsof Chamonix aangevallen werd, iets waarover ik heb gedroomd de laatste tijd, een vriendelijke aanval van aliens die alle toeristen weg zouden jagen. Maar nee, het was het dak. Een renovatie, een vonk, een oorzaak, geen aliens.
Vandaag stuurde de Compagnie een bericht naar de hele unlimited gemeenschap waarin ze aankondigden dat het topstation niet open zou gaan voor deze winter, wat niemand echt verbaasde, want er circuleerden foto’s en filmpjes op Facebook van neergestorte liftcabine ’s en het uitgebrande karkas. En ik dacht: Dat arme liftstation. Dat brandt eerst af, en dan staat z’n karkas op Facebook.
Alhoewel ik de Compagnie niet leuk meer vind sinds ik heb gehoord dat ze een lift willen bouwen naar de Envers (nee, nee, nee!!) zodat alle Montenverstoeristen ijsjes kunnen kopen aan de voet van de Grepon, Roc of Charmoz, vind ik het bijzonder pijnlijk om hun Grands Montets er zo bij te zien liggen. Ik zou er graag een lakentje overheen willen leggen. Na ruim drie jaar Chamonix krijgen die stalen bubbelconstructies links en rechts van de vallei toch een soort ziel. Zoveel mooie herinneringen. Zo waanzinnig platgebrand.