Blogs
Comments 4

Hutspot

‘Hutspot’, zegt de aap met ziel.

Zaterdagochtend reden we naar België, pas om elf uur, omdat de rotsen glad en eng zouden zijn en we wilden wandelen als Yetiaanse padvinders. Vier klimmers, een klimmer in spé – allemaal vrouwen welteverstaan; dit in verband met vervelende halffeministische outdoreartikelen in de Next – en een aap met ziel liepen door modderige maïsvelden en bossen. De lucht vergezelde ons dreigend. Nog voor het donker inviel raakten we de weg kwijt en verzuchtte Anna tegen willekeurige Belgen dat ze verloren was. Mais monsieur, je suis perdu! Où est le…(jongens, wat is een kerk?)…eglise? Onze modderige stappers brachten ons op verboden erven, langs wilde honden van een aantrekkelijke boer, donkere bospaadjes die voorbij geheime genootschappen leidden, en tegen zessen pas bij de auto.

Als wilden stapten we de Chaveehut binnen, onze lievelingshut, ons stuk Alpen in de Ardennen, onze garantie op een warm ontvangst. Onze broekspijpen droegen de paden bij zich. We kleedden ons om en ploften neer bij de bar. Leffe Blond, wijn, Chimey, we dronken het, we kookten. We sliepen en sliepen niet. We werden gewekt door de regen en besloten toch de tocht naar de rotsen voor te bereiden.

Niets was een indicatie van iets. De gebiedjes en de dorpen en de stukken Maas lagen allemaal in onze herinnering; verspreid, versmolten en gehusseld. De geografische locaties vielen er niet uit af te leiden. Anna werd Koningin Keren, met Stragi als gouden lakei met regenlaarzen. Uiteindelijk vonden we Dave en konden we in alle rust onze slag slaan. Geen klimmer ging voor glad en eng. Wij wel.

We namen Superleerling Sam onder onze hoedde en gaven haar touwenuiteindes en ATC’s. We klommen voor en leerden haar echt klimmen kennen. Ze zei dat ze ons de achtknoop al had zien leggen en verbijsterde ons door hem in één keer in het touw te toveren. Ze hoefde het zekeren maar een enkele keer uitgelegd te krijgen en corrigeerde zichzelf voordat wij dat konden. Zonder zichtbare angst beklom ze de grauwe, vochtige rots, haar eerste routes buiten, en wanneer beiden voeten veilig op de grond landden, was ze louter blij.

In de zeikende regen haalden we de laatste toprope uit de wand. Het waren Alpine condities. De klimmer werd geïsoleerd door een muur van druppels en bestond eenzaam op hoogte. Handen waren bevroren, voeten niet te vertrouwen, tijd en ruimte slechts om door te komen, maar wat een vertrouwt en fijn gevoel om weer eens een nietig mens te kunnen zijn.

Stragi reed op de automaat naar huis, terwijl Fiek rekensommetjes maakten om de financiën rond het rijbewijs in orde te maken. We aten de laatste pepernoten, de laatste dropjes en de laatste broodjes met pindakaas. Halverwege maakte de chauffeur een snelle entree in een Belgische bebouwde kom, en de intense flits die daarop volgde deed ons hopen dat Belgische boetes nog steeds niet aankomen.
In Bussum scheidden de wegen van de vijf meisjes en de aap met ziel. Te laat bleek er een grote pan hutspot voor hen klaar te zijn gemaakt, die komende drie weken de koelkast van Anna’s vader zal vullen.

De aap met ziel wil weer met vijf dames in de auto.

De aap met ziel vraagt om hutspot.

This entry was posted in: Blogs

4 Comments

  1. ‘Wat een vertrouwt en fijn gevoel om weer eens een nietig mens te kunnen zijn’. Tot mijn grote spijt besef ik me dat dit kortstondige gevoel van afgelopen weekend, geassocieerd met de rots, pas weer over enkele maanden de kans krijgt om terug te komen.. Laat de winter – of Malawi – ons andere vormen van nietigheid kennen:)

  2. marjette says

    Ik mis de aap met de ziel, hij die mij gezelschap hield in tijden van muziek maken 🙂

  3. Jaa. Hier in huis zit ik met de aap en zijn vriendjes, en ik sluit me volledig bij hem aan: klaar voor hutspot en de volgende trip!

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s