All posts filed under: Blogs

Bluesy Billie

Het is eind lente en ik vind mezelf terug in mijn dorp, waar struiken onder het gewicht van rode rozen over de paden buigen en jonge vogels elkaar het nest uit duwen. Of misschien dacht Billie dat ‘ie al kon vliegen en haperden zijn jonge vleugeltjes hoog in de lucht, waardoor hij luttele seconden later voor mijn voeten neerstortte. Ik dacht dat Billie poten en vleugels gebroken had, hij zag eruit alsof Tigrou hem reeds elk van zijn sadistische kanten getoond had. Dus liep ik er voorbij. En toen liep ik weer terug, want ik kon de natuur zijn gang niet laten gaan, dat was dan weer tegen mijn natuur in. In de palm van mijn hand klopte het hart van Billie zachtjes. Zijn dons piepte hier en daar nog onder zijn verendek vandaan. Gekke geluiden maakte hij, een soort enthousiast gerasp, bluesy Billie. Toen hij zijn bekje open de lucht in stak, vroeg ik me voor het eerst sinds tijden af wat vogeltjes eigenlijk aten. Insecten, zaden? Het bekje was feloranje aan de binnenkant …

Aarden

De paden tussen de huizen van mijn bergdorp staan vol met paardenbloemen. Pissenlit heten die dingen, zo heeft mijn zojuist geïmmigreerde moeder inmiddels geleerd. De fanatieke buurman met de maaimachine zit tijdelijk in Bretagne, waardoor het gras inmiddels halverwege de kuiten komt. Ik zou het zelf ongegeneerd tot een jungle laten uitgroeien, al is het maar omdat onze pup er zo blij van wordt. Maar wanneer je even de moeite neemt om langs de vergroeide schuren en golvende dakplaten te kijken, de loshangende goten en de rommel van hoe-heet-hij-ook-alweer, en een blik werpt op de kleine maar met zorg onderhouden groentetuinen en bloemenperkjes, merk je dat er toch geciviliseerde kanten aan het dorp zitten. Ze maken er werk van, mijn dorpsgenoten, al weet ik nooit precies wie van welk tuintje, want de verdeling van grond is nogal onduidelijk. Het gras van Squeeze gaat er hoe dan ook van af. Zowel mijn moeder als de pup zijn echter met enthousiasme door het dorp ontvangen. Squeeze kwam aan als schattige bol dons op vier onhandige poten en …

Misschien was het wel een draak

Squeeze komt uit een advertentie op het internet. We hebben hem opgehaald in het Zuiden, vlakbij de kust, bij een vriendelijke dame die op diezelfde dag nog naar balletles zou gaan. Ze had een tuin met lampionnen en vlaggetjes, spirituele zinnen geschreven op het tuinhuis. De pup, een wollige bol die passievol door het gras struikelde, ‘deed al zijn poepjes en plasjes’ en was naar haar mening ‘helemaal in orde’. Vader was naar verluid een blakende Border Collie (min of meer) en moeder liep voor onze voeten: een rasechte Berger Australiën, die overigens niets meer van haar laatst overgebleven pup moest hebben en hem agressief van haar tepels weerde. Ondanks de geruststellende woorden van de verkoopster brachten we Squeeze naar de lokale dierenarts, om toch maar even te verifiëren of onze pup wel echt vier poten, twee ogen en geen dure medische verassingen met zich meebracht. ‘Maar uw hond bestaat niet’, zei de receptioniste me. Ik keek achterom, waar de bibberende bol wol ontegenzeggelijk op de schoot van mijn moeder zat. ‘Wanneer is hij geboren?’ …

Traumaverwerking

Drie jaar geleden beklom ik een sneeuwcouloir met vier tochtenmaatjes. Twee daarvan zou ik verliezen, die vielen voor mijn ogen de diepte in. Ik had zelf natuurlijk net zo gemakkelijk meegenomen kunnen worden door de steenlawine die het hele couloir die middag in beslag had genomen, wat de hele tijd maar niet leek te gebeuren en uiteindelijk ook niet zou gebeuren. Daardoor ging ik dus niet dood.    Niet doodgaan is iets waarmee ik nooit eerder heb moeten leren omgaan. Een confrontatie met andermans vroegtijdige dood evenmin. Twee jonge vrouwen met een toekomst zo kleurrijk en vanzelfsprekend als het mijne en dan plotseling twee lichamen, twee families om het aan uit te leggen, twee begrafenissen, twee keer de vraag waarom zij wel en ik niet.   En dan was er ook nog de verwarring die volgde toen mijn grote droom van een bestaan in en met de bergen tot zo’n groot gedeeld drama had geleid. Afgelopen drie jaar waren bij vlagen heel ingewikkeld. Waar het leven enerzijds gewoon doorgaat, heb ik nog steeds het gevoel …

Te veel gedronken

Thibaults peetoom kwam op bezoek en wilde ons graag mee uit eten nemen. Omdat pizza’s in Italië vaak goedkoper en lekkerder zijn (want Italiaans), opperde Thibault om een restaurant over de grens te zoeken. Die ligt op een kwartiertje van ons dorp. Samen met de vrouw van de peetoom stapten we in een nette rode familieauto, Thibault en ik als kinderen op de achterbank. Zo reden we de berg op en de grens over. Daar zag ik iemand vlak naast de berm met een verrekijker, ik tikte Thibault aan. De man richtte zijn apparaat op de bergflanken van de vallei van Montgenèvre, de bossen en kunstmatig ondergesneeuwde pistes in het schemerdonker. Als hij bergschoenen aan had gehad, een beige broek en een hoed, dan hadden we kunnen geloven dat hij zocht naar marmotten, een wolvenroedel of een verloren schaap. Als het mijn vader was geweest, dan had hij misschien ondanks het donker nog de lagen in het gesteente willen onderscheiden. Maar de man droeg een donkerblauwe broek en een donkerblauwe jas en zocht naar vluchtelingen. …

Lijkt het op een jacht?

Heb ik jullie wel eens verteld hoe vluchtelingen hier in Briançon aankomen? Ik heb het nu natuurlijk over de vluchtelingen met een kleurtje, want de anderen pakken gewoon de bus of de trein en worden dan met open armen ontvangen in Nederlandse gezinnen en de kinderen mogen naar school en dat komt allemaal in de krant. De vluchtelingen hier moeten de bergen over. Ze zijn al maanden of jaren onderweg en komen dan aan bij de grens tussen Italië en Frankrijk. Tussen de laatste bushalte in Italië en Briançon ligt een col. Daarover loopt een geasfalteerde weg en, iets daarnaast in de bossen, een onverhard pad van een meter of twee breed. Het wemelt er van de politie (met warmtecamera’s). De vluchtelingen reizen ’s nachts, want dan vallen ze minder op, en ze nemen de weg noch het pad. Hoe hoger ze namelijk de bergen intrekken, hoe meer kans ze hebben om ongezien in Frankrijk aan te komen. En hoe gevaarlijker het is, want de rotswanden zijn steil en het donker is precies zo zwart …

Shampooblokje

Een paar maanden terug stond mijn badkamer vol met plastic flessen die ik eens in de zoveel tijd weggooide om er nieuwe voor in de plaats aan te schaffen. Ook lagen er scheermesjes, wattenstaafjes, deodorantbussen, tandpastatubes en toiletpapier in verpakking. Het is alweer (of pas, hoe je het ook wil bekijken) anderhalf jaar geleden dat ik een minder-afval avontuur startte en in bulk alle grote etenswaren (rijst, pasta, koffie, etc.) begon in te kopen. Tot mijn grote plezier mocht ik daar van mezelf allerlei mooie bokalen voor aanschaffen, die nog steeds op het keukenblad trots hun functie vervullen. Mijn afvalproductie nam toen af, maar nog steeds loop ik regelmatig met een volle afvalzak naar de container. De analyse van mijn prullenbak zal ik met liefde een keer op mijn blog uitvoeren (ik ben stiekem wel nieuwsgierig, jullie misschien niet zozeer). In elk geval sloeg ik toentertijd mijn badkamer grotendeels over omdat ik er gewoon niet echt aan had gedacht. Toen Fieke me laatst enthousiast vertelde dat ze haar eigen badkamer bijna afvalvrij had gemaakt, realiseerde …

Instagram II

Voor de tweede keer in mijn leven opende ik afgelopen week een Instagram account. Ik wilde namelijk meer aandacht trekken voor mijn blogs en had bovendien last van een onrustig hart dat haar mooie en minder mooie ontdekkingen graag wilde delen. (Na dagenlang hevig fotoshoppen voelde ik daarbij een sterke drang om mijn nieuwe billen en borsten in zeer krappe bikini aan de wereld te tonen. Die borsten en billen zijn natuurlijk van gerecycled plastic, 100% vegan en kunnen na afloop bij het compost.) Ik heb inmiddels drie publicaties en voel ik me ongeveer zo cool als een knutselwerkje aan de waslijn in de kleuterklas. En toch zet ik door. Ik heb namelijk gekozen voor het Thema Groen en ben nieuwsgierig of dat uiteindelijk leuk uitpakt. Het blijft een platform waar ik voorzichtig mee moet zijn, net zoals Facebook. Gedachteloos ronddwalen over accounts met alle mooie dingen uit andermans leven inspireert me niet, maar maakt me (zoals blijkbaar wel meer mensen) ongelukkig. En mijn eigen account mag alleen maar blijven voortbestaan zolang mijn eigenwaarde er …

Een klein huis

‘Over dat het ook anders kan’, daar denk ik aan als ik het project wil samenvatten dat Fieke, mijn beste vriendinnetje, deze week begint. Wat is ‘het’, in dit geval? Misschien een alternatieve uitstippeling van de toekomst van een 30-jarige? Of precies wat het is: een klein huis. Een Tiny House, zeggen ze ook hier in Frankrijk, maar wij Nederlanders moeten over het voortbestaan van onze taal waken en dus zeg ik toch ‘een klein huis’. Mensen die het concept kennen, hebben ze vast al in verschillende soorten en maten langs zien komen. Kijk maar eens op YouTube. Een klein huis is de hippe variant van een woonwagen, met veel aandacht voor praktische details, vaak bijzonder stilistisch. De inperking van woonruimte maakt deel uit van de beweegredenen om zo’n huis in elkaar te zetten: kleinbouwers willen het doorgaans met minder doen. Geen onnodige spullen. Het hele ding staat op wielen en wordt het liefst voor lange tijd geparkeerd op een terrein in een natuurlijke omgeving. Buitenleven is immers ook deel van de motivatie. Hoe minder ruimte …

Al dertig jaar

Tijdens het studeren ‘s ochtends probeer ik vast te stellen wat ik zou doen als ik hem tegen het lijf zou lopen. Als hij net als Covid plotseling op de stoep zou staan en aan zou kloppen. Goedemiddag, hier ben ik, met een hoge doses totaal vermijdelijke misère omdat ik nu eenmaal een heel enge, vervelende man ben. De naam Poetin lijkt in het Frans naar mijn mening erg op putain en ik gebruik dat laatste woord af en toe per ongeluk als scheldwoord. Poetin, putain, poetain, poet, poet, poet, zeg ik in de auto op weg naar werk. Mijn bek valt open als ik die middag op het terras aankom. De buitenbar staat vol met champagneflessen van meer dan honderd euro per stuk. Daarachter zie ik mijn bazen in joviale stemming. Serre Chevalier is dit jaar 80 jaar geworden en die avond komt The Avener optreden. Er wordt uitgegaan van een mannetje of 8000 en vooral heel veel geld in het laadje. ‘Het is oorlog’, zeiden kranten en media die morgen nog, bronnen die …