En dan staat er opeens een Afghaans kind voor je
Mijn therapeut vraagt me wanneer ik tijd heb voor een volgende afspraak. Ik antwoord dat het afhankelijk is van de baan die ik zal vinden. Hij blijft me eventjes aanstaren. In dat moment maakt hij, denk ik achteraf, een afweging: mijn patiënt zoekt een baan en ik heb zelf een zéér urgente vacature bij de noodopvang voor vluchtelingen, mag ik haar echter een baan aanbieden waarin ze nauw met mijzelf zal samenwerken? Is dit goed voor mijn patiënt, voor mijzelf of voor beiden? De patiënt blijkt verbaasd maar geïnteresseerd. Even later zit ik op de fiets naar Refuge Solidaire, het vluchtelingencentrum dat sinds een week van locatie is veranderd en nu uitzicht biedt over de hele stad. Ik hoef niet lang te zoeken naar het juiste gebouw, want nergens in Briançon zitten zoveel gekleurde mensen buiten op een trap. Ik twijfel waar ik mijn fiets neer zet, want ik heb geen slot maar zie evenmin bosjes waarin ik hem kan verstoppen. Zouden vluchtelingen er iets aan hebben, mijn fiets? Voor een rondje Briançon, in die … Continue reading En dan staat er opeens een Afghaans kind voor je
Copy and paste this URL into your WordPress site to embed
Copy and paste this code into your site to embed